Geen nieuws is goed nieuws. Maar zo werkt de pers niet. Kranten en journaals verkopen beter met slecht nieuws. Binnen- en buitenlandse media staan bol van spanningen, conflicten en aanslagen. In eigen land is politiek hommeles schering en inslag, met als refrein: gat in de begroting of schuldenberg, besparingen, besparingen. Ook de consulaire dienstverlening ontsnapt niet aan dergelijke voornemens. Enkele aantekeningen hierbij.
De vijfhonderdduizend Belgen die permanent in het buitenland verblijven en de toeristen en zakenlui die de grenzen oversteken, staan erbij en kijken ernaar. Voor de enen zijn de Belgische consulaten en ambassades als gemeentehuizen waar ze voor hun administratie terechtkunnen en zelfs mogen stemmen voor Europese en federale verkiezingen. Anderen zien die vertegenwoordigingen als een vangnet voor bescherming en bijstand in nood, zeker als de onveiligheid overal lijkt toe te nemen. Een wederkerend refrein van ‘besparingen besparingen’ klinkt niet goed.
Zoals België dat eerder al in Europa heeft gedaan en bevriende landen nog radicaler wereldwijd, kunnen consulaire of diplomatieke vertegenwoordigingen met één pennentrek gesloten worden. Verdedigers van dergelijke ingrijpende besparingen zeggen dat onze burgers in vele landen sowieso bij de plaatselijke overheden terecht kunnen. Voor allerlei akten is dat al zo. Ongetwijfeld kan het gebruik van buitenlandse documenten nog vereenvoudigd worden. Onze consuls in Europa hebben al jaren geen notariële bevoegdheid meer. Of ondertussen iedereen mee is, alle notarissen in België bijvoorbeeld, is maar een vraag. Zoals de afgifte van visa werd uitbesteed, kunnen misschien nog andere federale bevoegdheden worden overgedragen naar een administratie in België of in het buitenland? Maar is dat in het voordeel van de burger?
Digitalisering en online dienstverlening hebben ongetwijfeld nog extra potentieel. De ‘vliegende diensten’ kunnen worden uitgebreid. Voor aanvragen van paspoorten en identiteitskaarten is de mobiele kit al tien jaar een nuttig instrument. Met een ‘draagbaar kantoor’ trekken consuls geregeld naar verder afgelegen plekken, ook al moeten velen nog altijd ver en duur naar hun ‘gemeentehuis’ reizen.
Rationalisering, digitalisering en administratieve vereenvoudiging: er is al veel gebeurd en wie kan daar nu tegen zijn? Daartegenover staat de verantwoordelijkheid van de burger die tijdig een procedure moet starten en naast zijn rechten ook zijn plichten mag kennen. Vanuit het buitenland horen we wel eens: ‘Het lijkt alsof ze ons liever kwijt dan rijk zijn. VIW durft dan wel eens reageren met: ‘en heb je zelf tijdig actie ondernomen?’
En toch maken wij ons zorgen. Zoals onze leden zich zorgen maken. Precies omdat er al zo veel gebeurd is, zo veel gerationaliseerd, gedigitaliseerd en bespaard. Hoeveel heeft Buitenlandse Zaken al niet beknibbeld op uitgestuurd personeel, op het multifunctioneren van zij die overblijven of zelfs het vervangen door plaatselijk aangeworven personeel. Hoeveel vlees zit nog aan het been?
Omdat migratie en expatriatie voortdurend evolueren, is het voor VIW van kapitaal belang dat de burger in het buitenland weet dat hij op een sterke en aanwezige vertegenwoordiging kan rekenen, om de band met zijn land te onderhouden, om op elk ogenblik te kunnen terugkeren. En dat kan alleen als in de consulaire dienstverlening het menselijke aspect ook in de toekomst voorop blijft staan, bij verlener en ontvanger. Hierover moet men waken als men besparingen overweegt.
Bron: VIW Brussel