PENÀGUILA. De alarmtoestand was niet alleen hinderlijk voor vele mensen, bracht niet alleen financiële problemen voor anderen, maar teisterde ook vele dieren in de dierenparken en safariparken in de provincie Alicante. Vooral dan Safari Aitana, boven op de hoogvlakte van de sierra de Aitana, het grootste safaripark van Spanje. Hier draait alles rond het toerisme en drie maanden zonder inkomsten betekende een ramp.
Verzorging en voedsel van en voor de vele dieren komt van de entreegelden. Maar ze konden overleven dankzij de solidariteit en donaties van gemeenten, bedrijven, verenigingen en particulieren. Als dank voor die steun heeft het safaripark afgelopen week een bezoek aangeboden aan die mensen die gedurende de alarmtoestand via donaties ervoor zorgden dat de dieren konden gevoed worden. Maar vele van die donateurs hadden besloten om toch ook nog de normale entreeprijs te betalen.
De directie van het safaripark was opgetogen over het resultaat. “We hebben op een dag meer dan 14.000 euro ontvangen, de helft van de onkosten voor een maand”, verklaarde de directrice van het park, Montse Alcaraz. “We zijn die mensen enorm dankbaar, want zonder die hulp hadden we vele dieren naar andere installaties moeten overbrengen.”
De arbeiders van het park ontvingen met een erehaag en een applaus de donateurs, samen met de eerste bezoekers, want het park mocht weer zijn deuren openen.
Het park heeft een oppervlakte van meer dan een miljoen vierkante meter en men legt het traject af met de auto, maar op sommige plaatsen kan men uitstappen. Montse Alcaraz zei dat het park zich op de gemeentelijke terreinen van de bergdorpen Penàguila en Alcoleja bevindt, twee dorpen waar geen enkele besmetting van de covid-19 werd waargenomen.
Tijdens de alarmtoestand werden drie leeuwenwelpen geboren, die ondertussen bij de groep werden gelaten. Men vierde ook de geboorte van Tibet, een tijgerwelp, die momenteel met de fles wordt gevoed.
Safari Aitana opende in 1975 en heeft een Nederlandse voorgeschiedenis. In 1973 besloten Juan Sevila en zijn Nederlandse echtgenote Maria van Soldt hun leven een andere wending te geven. Maria bracht het idee aan van een safaripark en de werkzaamheden begonnen nog dat jaar. Het duurde twee jaar om de installaties te bouwen. Het eerste dier dat naar de safari ging, was de geit Beggy. Die was voorzien om op tafel te verschijnen tijdens hun huwelijksfeest, maar Maria kon het niet over haar hart krijgen om het dier te laten doden. Daarna kwamen de leeuwen, tijgers, olifanten, zebra’s, giraffen, antilopen, apen, slangen…
Het park was enige tijd gesloten tijdens de droogteperiode, van 1983 tot 1989, toen de dieren elders werden ondergebracht, maar eenmaal die periode voorbij kwamen ze terug en kon het park weer zijn deuren openen. Nu is het de zoon Juan Daniel Sevila die de eigenaar is.
Zondag 21 juni gingen de installaties weer officieel open en kunnen de dierenliefhebbers weer terecht in het park.
Bron: Hallo Weekblad, met dank aan Max Ruffi
