Hebt u zich nog nooit afgevraagd waarom bij de verkiezingen steevast de rode potloden bovengehaald worden? En waarom er geen balpen of stift gebruikt wordt?
Het gebruik van het rode potlood bij de verkiezingen werd pas in 1965 ingevoerd in België. Daarvoor gebruikte men een zwart potlood. Net als in Nederland – dat reeds in 1922 was overgeschakeld op een rood potlood – was men van mening dat het rode stempotlood meer contrast gaf met de wit-zwarte druk van de stemformulieren, waardoor het tellen van de stemmen gemakkelijker zou moeten verlopen. Daarnaast is het ook zo dat rood potlood moeilijker uit te wissen is dan zwart potlood en hierdoor kan stemfraude dus mogelijk ook worden vermeden.
Het feit dat er een potlood en geen balpen gebruikt wordt bij de verkiezingen in België is omdat de balpen pas in 1938 uitgevonden werd door de Hongaarse journalist László Bíró. Het duurde tot in 1943 vooraleer de balpen gecommercialiseerd werd. Aangezien er al vroeger verkiezingen georganiseerd werden in België, was de keuze voor het potlood logisch. Vanaf 1993 werden stempotlood en stembiljet geleidelijk aan vervangen door de stemcomputer. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 gebruikten 145 gemeenten nog potlood en papier en al 163 gemeenten konden gebruik maken van de stemcomputers.
