Een van de onterecht meest gevreesde insecten, de schorpioen, ontwaakt ook in Spanje uit zijn winterslaap. Met de eerste warme lentedagen kruipen ze uit hun schuilplaatsen en gaan op jacht.
In Spanje vinden we zeven soorten schorpioenen. Naast de autochtone soorten zijn er ook twee ‘geïmporteerde’ soorten die uit andere ecosystemen komen, samen met fruit of groenten.
De meest voorkomende soort in Spanje is de gele schorpioen, die we zowat overal tegen kunnen komen. De zwarte schorpioen is de tweede meest voorkomende soort, maar die leeft bijna uitsluitend in vochtige gebieden.
Schorpioenen houden niet van koud en in de winter verbergen ze zich in holten of onder rotsen of stenen en houden een soort winterslaap, al slapen ze niet echt. De Spaanse Dienst voor Vergiftigingsinformatie wijst er op dat de steek van de hier voorkomende soorten geen dodelijke gevolgen heeft.
De grootste misvatting over schorpioenen is dat alle soorten gevaarlijk voor de mens zijn. De in Europa voorkomende schorpioen is een vrij ongevaarlijke soort. Normaal is een schorpioen actief bij valavond en `s nachts en kan overdag aangetroffen worden onder een rotssteen of andere schuilplaats.
De steek van de meeste soorten is te vergelijken met een bijen- of wespensteek, vaak komt ook koorts voor. Na enkele dagen zijn de symptomen meestal verdwenen. Soms is er een hevige pijn waar het dier gestoken heeft en in sommige gevallen volgt een ontsteking. In dat geval dient men een arts te raadplegen. Meestal volstaat het om het getroffen lichaamsdeel te ontsmetten en de pijn verdwijnt normaal binnen 48 uur. Ondanks de kwalijke naam van de schorpioen zijn de Spaanse exemplaren dus vrij ongevaarlijk en soms worden ze ook in terraria gehouden.
